Pieter Devos: "Het is belangrijk om een goed plan te hebben"

Jumping
13 mrt 2018
Door Maxine Van Molecot

Naar aanleiding van de Wereldbekerfinale in Parijs waar zowel Pieter Devos als Olivier Philippaerts aan zullen deelnemen, hadden wij een gesprek met onze landgenoten. Voor beiden is dit de allereerste deelname aan deze prestigieuze finale. Ze kijken er dan ook heel hard naar uit om er te mogen rijden.

Beginnen doen we met Pieter Devos. Devos is 32 jaar oud en komt uit Bekkevoort. Hij is niet aan zijn proefstuk toe. Ondertussen kon onze landgenoot al deelnemen aan 4 Europese Kampioenschappen en in 2014 mocht hij naar de Wereldruiterspelen in Caen. Vorig jaar werd hij op het EK nog vijfde. Devos was zeker van zijn startplaats in de finale na de overwinning in de Wereldbeker van Bordeaux.

Hoe kijk je uit naar de Wereldbekerfinale?

"Het was één van mijn doelen dit jaar om mij te kwalificeren voor de Wereldbekerfinale. Dat is dan ook gelukt. Het is natuurlijk altijd met veel spanning uitkijken naar die finale en het is nog altijd een lange periode tot de finale. Dat is op zich wel goed. Dan kan je de paarden goed trainen en een plan maken. Aan de andere kant vind ik het ook een nadeel dat het buitenseizoen dan al begonnen is. Dan loopt alles een beetje in elkaar. Maar ik kijk er echt naar uit"

Je past je planning dan ook speciaal aan voor deze finale?

"Ja, dat is toch de bedoeling. Ik heb na Bordeaux al mijn paarden een langere rustperiode gegeven. Dan heb ik een goed plan gemaakt om de komende weken te gaan rijden op verschillende wedstrijden. Mijn paarden hebben het vorige zomer- en winterseizoen best veel gesprongen. Apart en Claire hebben acht weken rust gehad sinds Basel. Die gaan naar Mexico en Miami voor de Global Champions Tour. "

"Espoir heeft na Genève bijna acht weken rust gehad. Hij heeft dan Bordeaux gesprongen en dan terug vier weken rust gehad. 's Hertogenbosch was dan zijn laatste wedstrijd voor de Wereldbekerfinale. Nu krijgt Espoir terug vier weken rust. Ik probeer toch voldoende rustperiodes in te plannen voor mijn paarden. Ik denk dat dat heel belangrijk is, zeker met het aankomend seizoen. Er gaan heel veel wedstrijden aankomen. Het is belangrijk dat de paarden een keer een goede rustperiode hebben gehad in de winter. Dat is wel goed gelukt."

Espoir zal de Wereldbekerfinale springen?

"Ja, Espoir is het paard die ik rij in de Werelbekerfinale. Hij is ook het enige paard dat ik in de finale zal rijden. Ik heb daar bewust voor gekozen. Het is zeker al geen zware reis naar Parijs. Ik denk dat Espoir ook een paard is die alle dagen beter springt. Dat heeft hij vorig jaar op het EK wel bewezen. Hij is een paard dat in de wedstrijd ingroeit. Het zal dus denk ik geen probleem zijn voor hem om verschillende dagen te moeten springen. Hij is ook een paard dat de eerste dag het snelste kan zijn. Hij is een heel snel paard van nature uit. Zonder echt snel te rijden, kan je al snel zijn met hem. Daarom heb ik gekozen om hem te rijden. Hij is ook het paard met de meeste ervaring om in de finale te rijden."

Neem je ook nog een ander paard mee voor de CSI3*?

"Waarschijnlijk zal ik daar ook een paard voor meenemen. We kunnen vaak maar twee of drie paarden meenemen naar de grote wedstrijden. Daarnaast hebben we ook nog veel paarden die ervaring moeten opdoen. Ik denk dat het dus zeker goed is om nog een ander paard mee te nemen om ervaring op te doen. Het is een grote piste en daar kunnen de paarden veel leren. De focus ligt natuurlijk wel volledig op de finale met Espoir.

Het buitenseizoen komt eraan, wat zijn je plannen hiervoor al?

"Het zal een zwaar outdoor seizoen worden. Ik ben ook iemand die zich volledig inzet voor het Belgische team. Het zal een mix worden van Global Champions Tour wedstrijden en landenprijzen. Daar komt de Wereldbekerfinale dan ook nog bij. Dit is een reden te meer waarom ik mijn paarden rust heb gegeven. Ik weet dat het echt een zwaar seizoen gaat worden. Het zal er op aankomen om een heel goede planning te maken om je paarden optimaal in te zetten en niet in het rood te rijden."

De laatste tijd hebben we Claire zien evolueren op het allerhoogste niveau, wat zijn je verwachtingen voor haar?

"Ik denk dat Claire de opvolgster wordt van Espoir. Espoir is ondertussen veertien jaar. Hij is momenteel wel op zijn best voor mijn gevoel. Ik hoop dus zeker nog dat hij een goede tijd kan mee gaan. Het is wel de bedoeling om daarnaast Claire mee te laten groeien. Zo kan zij hem op termijn opvolgen. Ze kan nu ook mee de kar trekken. Er zijn nu landenwedstrijden, Global Champions League en nog heel veel andere wedstrijden. Je moet dan ook verschillende paarden hebben die dit aankunnen. Met één paard gaat het niet vandaag in de sport op het hoogste niveau."

Je hebt ook nog een fruitbedrijf dat je met je familie leidt, hoe combineer je de topsport en het bedrijfsleven?

"Het is heel moeilijk. Het is een keuze die ik zelf heb gemaakt om het zo verder te blijven doen. Natuurlijk zoals de laatste vijf jaar is het wedstrijdritme veel extremer geworden dan voorheen. Voor mij wordt het altijd moeilijker. In de paarden ben ik ondertussen mijn eigen weg al gegaan, maar het bedrijf dat ik samen met mijn familie heb opgebouwd, kan ik niet zomaar loslaten. Ik ben er zeker nog heel gemotiveerd voor. Ik ga proberen de combinatie te doen zolang ik het kan volhouden."

"Het belangrijkste in heel het plaatje is dat ik een heel goed team rond mij heb. Zowel in de paarden als in het bedrijf om mij op te volgen, te omringen en bij te staan waar nodig. Een team waar voornamelijk mijn familie een heel belangrijke rol speelt. Mijn vrouw (Caroline Poels nvdr) managet mee het paardenbedrijf en mijn ouders en broer leiden mee het fruitbedrijf. Natuurlijk is er daarnaast ook een zeer goed team van mensen in de paarden. We hebben goede grooms en goede ruiters en dat is wat het mogelijk maakt om de twee te doen. Anders zou het niet te combineren zijn. Daar wil ik hun allemaal ook nog voor bedanken. Ik hoop dat ik de twee nog heel lang kan blijven doen."