Horseman op bezoek bij EuroHorse: "Emerald is onder geen enkel beding te koop"

Reportage
11 jan 2017
Door Horseman Arnout

In deze wedstrijdvrije periode brengen we uit ons archief de reeks "Horseman op bezoek bij ...." Vandaag brengen we deel twee van ons bezoek aan Euro Horse in januari 2017.

“Ik ga veel minder vaak mee op wedstrijd dan vroeger. Die ruiters, die doen dat graag, anders blijf je het niet doen. Die vertrekken op woensdag en komen zondag of soms zelfs maandag terug thuis. Dat is iets waar je voor kiest, maar ik geniet er tegenwoordig van om al eens vaker wat thuis te zijn, zeker nu met de fokkerij die toch steeds meer aandacht vraagt. Ik heb verschillende stalruiters die quasi altijd onderweg zijn en die trekken hun plan. Daar hoef ik niet altijd bij te zijn.”

“De fokkerij, daar ben ik eigenlijk een beetje ingerold. Van nature ben ik geen fokker. Het is door omstandigheden en dan vooral topmerries die niet langer in de sport kunnen lopen, zoals Walnut De Muze of Regina Z, dat ik me nu ook met de fokkerij inlaat. 

Het uithangbord van EuroHorse is de BWP-ambassadeur Emerald (v. Diamant de Semilly), gefokt door Bert Van Den Branden uit Sint-Niklaas. Hij staat eigenlijk aan de wieg van het fokkerijverhaal: “Hij was goedgekeurd bij het BWP en stond ter dekking bij Joris De Brabander. Joris belde mij op en zei: ‘ik heb hier een heel goede hengst staan, ik zal hem eens tot bij u brengen.’ Zo geschiedde en dus stond Joris hier met Emerald. Dat viel dan uiteindelijk zo hard mee dat ik direct tegen Joris zei dat ik de hengst wou kopen. Zowel Harrie als ikzelf waren er onmiddellijk gek van. Emerald is dan ook onder geen beding te koop, nooit. Ondertussen hebben we ook al een aantal andere dekhengsten in de aanbieding.

Niet alleen Emerald, maar ook Don VHP en Sunshine (het voormalig toppaard van Jos) zijn nakomelingen van Diamant de Semilly. Nochtans is dat geen bewuste keuze: “Van Diamant komen er veel toppaarden komen die ook nog makkelijk handelbaar zijn. En ook op iets lager niveau, zie je nog veel Diamant-nakomelingen terug. Iets wat je bijvoorbeeld met Cornet Obolensky minder hebt. Bij Cornet heb je ofwel een absolute topper, ofwel niets. Voor ons als handelsstal is het opportuun om een paard te hebben dat ergens in uitblinkt. Een paard dat geen 1.40m of hoger kan, maar wel snel is en elke week wint op 1.30m, daar kan je ook nog goed geld voor krijgen. Hetzelfde geldt een beetje voor de fokkers ook. Elke fokker streeft er natuurlijk naar een toekomstige wereldtopper te fokken, maar als dat niet lukt, heb je toch maar beter een paard dat toch op een bepaald niveau meekan.”

Nochtans is ook Axel Verlooy beducht voor de gevolgen van te veel bloedvernauwing in de springpaardenfokkerij: “Op dit moment is er een beetje het probleem van de bewezen verervers. Daarmee bedoel ik dat de pakweg tien beste hengsten zowat alle merries te dekken krijgen. Jonge hengsten krijgen weinig kansen in de fokkerij en dat terwijl ze net beter zouden moeten zijn dan hun voorouders. Op die manier wordt het ook een beetje een vicieuze cirkel. Want als er nu zoveel veulens geboren worden, is de kans ook veel groter dat er een topper tussen zit. Als een jonge hengst pakweg dertig merries dekt en een bewezen vererver dekt er driehonderd, dan is de kans dat er tussen die driehonderd een goeie zit, vele malen groter dan bij die jonge hengst. Op lange termijn moet er dus ook wat gelet worden op mogelijke bloedvernauwing. Het zou niet goed zijn dat binnen een tiental jaar alle paarden op de startlijst van een grote prijs ergens, allemaal afstammen van dezelfde vaders. Dat zou niet goed zijn voor de sport, maar ook niet voor de fokkerij. Dat wordt natuurlijk in de hand gewerkt door de handel, want probeer op een veulenveiling maar eens veulen kwijt te geraken dat niet van een bewezen hengst afstamt, dat is quasi-onmogelijk. Dus kiezen de fokkers, begrijpelijk, sneller eieren voor hun geld.”

Ook het verhaal van klonen lijkt niet besteed aan EuroHorse: “Klonen is hetzelfde verhaal een beetje. Klonen is iets reproduceren dat er al is, terwijl er met fokkerij net beoogd wordt om telkens beter te worden per generatie die erbij komt. Als klonen echt zou aanslaan, wat het gelukkig niet doet, dan zou de fokkerij overbodig worden. Dan kan je gewoon alle huidige toppaarden klonen tot in de oneindigheid en dat is het dan. Op termijn zouden er dan tien genetisch exact dezelfde paarden het tegen elkaar kunnen opnemen in een proef. Bovendien is tot nu toe gebleken, bij de klonen die er zijn, dat ze in de sport voorlopig toch niet hetzelfde niveau halen als hun genetische evenknieën.”

 “Toch zal de fokkerij de komende decennia nog met rasse schreden vooruit zal gaan”, denk Axel Verlooy, “Als je ziet welke progressie er nu al gemaakt is in vergelijking met vijftien jaar geleden. Zeker de Belgische fokkerij zit nu echt op een goudmijn van merriestammen. Die gaan zeker nog toppaarden blijven produceren."

Bron: 
Horseman.be - Overname niet toegestaan zonder schriftelijke toestemming.